Pallas voerde een verkennend onderzoek uit in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) naar het speciaal kweken van embryo’s in Nederland voor medisch-wetenschappelijk onderzoek. Dit onderzoek bestond uit deskresearch, literatuuronderzoek en kwalitatief onderzoek (expertinterviews).
Onderzoek met embryo’s wordt in Nederland sinds 2002 geregeld via de Embryowet. Het is verboden om embryo’s te kweken anders dan voor een beoogde zwangerschap. Dit wordt ook wel aangeduid als het verbod op ‘speciaal kweken’. Het verbod is niet permanent. Onder invloed van nieuwe ontwikkelingen kan anders worden besloten. Doel van het onderzoek van Pallas was om na te gaan of er voor patiënten veelbelovende medische ontwikkelingen zijn waarvan het aannemelijk is dat deze in de Nederlandse kliniek worden geïntroduceerd als het verbod op ‘speciaal kweken’ wordt opgeheven.
Pallas raadpleegde wetenschappelijke literatuur en websites van toonaangevende onderzoeksinstituten, zoals het Hubrecht Instituut, de European Society of Human Reproduction and Embryology en het Harvard’s Stem Cell Institute, om een overzicht te creëren van recente medisch-wetenschappelijke ontwikkelingen (wereldwijd) waarbij onderzoek plaatsvindt met humane embryo’s of embryonale stamcellen. In het bijzonder is gelet op ontwikkelingen in de transplantatie- en voortplantingsgeneeskunde. Aanvullend interviewden we twaalf deskundigen uit binnen- en buitenland, o.a. over de eventuele onderzoekbeperkingen die zij ervaren door wetgeving en welke ontwikkelingen in binnen- en buitenland zij veelbelovend vinden. Enkele conclusies uit het onderzoek:
Binnen de transplantatiegeneeskunde wordt onderzoek gedaan naar het vermogen van menselijke embryonale stamcellen om verstoorde celfunctie en beschadigde weefsels in het lichaam te herstellen. Onderzoek naar deze therapieën is in het buitenland al vergevorderd. Bij maculadegeneratie, diabetes mellitus type I, de ziekte van Parkinson en dwarslaesie kunnen stamcellen mogelijk al binnen de komende jaren ingezet worden als onderdeel van therapie. In Nederland vindt medisch-wetenschappelijk onderzoek in de transplantatiegeneeskunde plaats met embryonale stamcellen uit celbanken.
Als alternatief voor embryonale stamcellen kunnen in het laboratorium stamcellen uit volwassen lichaamscellen worden geproduceerd (geïnduceerde pluripotente stamcellen, iPSC). Op dit moment lopen in binnen- en buitenland studies met proefdieren en patiënten naar veelbelovende op iPSC gebaseerde therapieën voor verschillende ziekten en aandoeningen, waaronder maculadegeneratie, Parkinson, hart- en vaatziekten, spier- en huidziekten. Ook worden met iPSC ziektemodellen gemaakt voor meer inzicht in onder meer erfelijke ziekten. Fundamenteel wetenschappelijk onderzoek naar de werking van stamcellen vergelijkt embryonale stamcellen en iPSC met elkaar.
In de voortplantingsgeneeskunde en ontwikkelingsbiologie worden geslachtscellen, de bevruchting en het embryo en de ontwikkeling daarvan bestudeerd. Fundamenteel onderzoek vindt o.a. plaats naar de vorming van rijpe geslachtscellen of de celcommunicatie in het embryo. Voor uitgebreider onderzoek naar de veiligheid van experimenteel toegepaste technieken, zoals TESE of in vitrorijping van eicellen, zou het tot stand brengen van embryo’s nodig zijn om met meer zekerheid te kunnen nagaan of uit de geslachtscellen een gezond embryo kan voortkomen.
In Nederland wordt onderzoek naar de embryonale ontwikkeling gedaan tijdens IVF-behandelingen of met ongebruikte embryo’s daaruit. Niet al het onderzoek naar nieuwe complexe technieken hoeft volgens de geraadpleegde Nederlandse deskundigen in Nederland plaats te vinden, zoals het onderzoek naar mitochondriale vervanging of donatie dat vooral in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten plaatsvindt. Mocht deze techniek in Nederland geïntroduceerd worden, dan zal dat het speciaal kweken voor een korte periode noodzakelijk maken, zodat Nederlandse embryologen zich de techniek eigen kunnen maken.
ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Deel dit artikel
Jennifer Eeuwijk, Katrin Kochems, Judith van den Bosch, Dini Smilde-van den Doel. Onderzoek naar speciaal kweken. Rotterdam: Pallas, 2015. Het volledige rapport en de aanbiedingsbrief van de minister aan de Tweede Kamer zijn te vinden op de website van VWS.
Deze website gebruikt cookies. Door gebruik te maken van deze website, geef je aan akkoord te zijn met het gebruik van cookies. Lees meer